Natuurlijke materialen


Toen ik de opdracht hoorde om een lichtobject te maken, wist ik niet goed waar ik moest beginnen. Ik bladerde door een tijdschrift en zag daar veel meubels van natuurlijke materialen. Dat sprak mij wel heel erg aan. Ik wilde graag werken met een materiaal met een eigen karakter. Het moest niet gemakkelijk te vervormen zijn, maar een eigen wil hebben. Daarom koos ik ervoor om met natuurlijke materialen te werken. Die zijn van zichzelf al mooi, zonder dat je er een bewerking op uitvoert. Het is niet zo glad als bijvoorbeeld plastic, wat ik altijd een beetje nep vind overkomen. Natuurlijke materialen hebben van zichzelf al een mooi uiterlijk. De goede natuurlijke eigenschappen benadruk je door een lichtbron in het object te plaatsen, waardoor de natuurlijke barsten, openingen of lichtdoorlatende plekken ontstaan.

Lean

Cilinder


Bij het kiezen van de vorm ging het mij vooral om de eenvoud. Het materiaal waarmee ik wilde gaan werken was lastig, dus wilde ik een vorm die heel gemakkelijk was. Een cilinder bestaat uit één geheel en heeft dus geen ingewikkelde montage in hoeken of punten nodig.

Dat zou ook niet goed kunnen met het materiaal waarmee ik wilde werken. Daarom heb ik uiteindelijk voor de cilinder gekozen.

Gebroken hout


Het eerste waar ik aan dacht bij natuurlijk, is hout. Het idee om met hout te gaan werken lag dus erg voor de hand.

De uitwerking van het idee kostte wat meer moeite. Toen ik een stukje fineer had gevonden wist ik dat ik dat wilde gebruiken. Het is heel breekbaar, dus moet je voorzichtig te werk gaan. Juist die breekbaarheid wilde ik gebruiken in mijn werkstuk. Door heel voorzichtig kleine barstjes in het hout te breken ontstaan kleine gleufjes waardoor het licht naar buiten kan komen. Het licht komt niet alleen door die kiertjes naar buiten, maar ook de dunne plekken in het hout vormen mooie lichtlijnen.

Sate


Een andere manier om met hout te werken werd voor mij takjes. Takjes hebben een eigen vorm, maar vooral de dunne takjes zijn te vervormen zodat je één geheel kunt maken. Het bleek echter heel lastig om genoeg takjes te vinden om een hele cilinder te vullen, daarom koos ik ervoor om satéstokjes te gebruiken. Satéstokjes hebben allemaal een gelijke maat en zijn ongeveer recht, waardoor er niet al te grote kieren ontstaan voor het licht.

Draad


Naast het natuurlijke materiaal hout dacht ik aan wol. Wol verschilt in structuur en dikte waardoor er op sommige plaatsen meer licht zal doorschijnen dan op andere plaatsen. Het bleek echter lastig om met pure wol te werken, dus koos ik voor draad. Om het stijf te houden gebruikte ik behangplaksel en suiker: de suiker lost op in het behangplaksel en als het behangplaksel hard wordt kristalliseert de suiker waardoor je een stevig geheel krijgt. Het kost wat geduld, maar uiteindelijk is het toch een redelijk stevige cilinder geworden.