Inleiding

T

    ekenen met een potlood betekent dat je af en toe een puntenslijper nodig hebt. Hiernaast zie je er een die jij vast wel in je etui mee naar school zou willen nemen ; )

Maar misschien denk je nu ‘jakkie bah’ en ‘wat zielig voor dat beestje. Nou krijgt-ie vast lood-vergiftiging...’

Het tekengereedschap heet potlood, maar in een potlood zit helemaal geen lood!

De zwarte stift is namelijk een mengsel van grafiet en klei met daaromheen cederhout.

In dit geval is het omhulsel een wortel...

Wil je nog meer heel originele oplossingen voor dit steeds terugkerend probleempje zien, klik dan hier!

Hieronder zie je ook enkele andere potloden dan je misschien gewend bent. Het eerste is een soort beloning voor kinderen wanneer ze een tandje van het melkgebit wisselen:

W

       ij blijven natuurlijk gewoon tekenen met het potlood dat al in 1794 werd uitgevonden door de Fransman Conté.

Hij mengde klei met grafiet en bakte dit in een oven. Om deze stiften kwam een houten omhulsel, et voilà: le crayon (Nu ken je meteen het Franse woord voor potlood).

Jssor Slider, Slideshow with Javascript Source Code
slideshow

Wanneer jij vanwege deze leuke ideeën ook best wel ontwerper wil worden, doe dan maar stevig je best bij Beeldende Vorming. Ontwerpers tekenen namelijk heel veel. Ze moeten ook vaak hun ideeën laten zien en weer aanpassen.

       ij kleurpotloden is de stift niet van grafiet. De binnenkant is gemaakt van een kleurmiddel met klei en een soort was.

•Door met verschillende kleurpotloden over elkaar te werken, kun je de kleuren mengen.

•Sommige kleurpotloden lossen op in water. Je kunt met een nat penseel over de tekening gaan en hierdoor lijkt deze dan op een aquarel of waterverftekening. Dit zijn aquarelpotloden. (aqua = water)

B

•De hardheid van een potlood wordt aangeduid met 9H (heel hard) tot 9B (heel zacht). Een HB-potlood zit er precies tussenin. Dat wordt  het meest gebruikt.

•Er bestaan speciale vulpotloden met heel dunne stiften (0,3  0,5  0,7 en 0,9 mm.). Deze hoef je niet aan te slijpen. De hele dunne breken echter snel.

Vóór de uitvinding van het potlood tekende men met een zilverstift. Een zilveren staafje werd in eiwit gedoopt, waardoor het zilver zwart werd.

Vraagje: Heb jij wel eens een ei gegeten  met een zilveren lepeltje?

•De keuze van het soort potlood is sterk afhankelijk van het doel waarvoor je het gebruikt. Voor het tekenen van scherpe, dunne lijnen gebruik je een hard potlood (H).

         anneer je een tekening wil maken, doe je dat gewoon op een vel tekenpapier. Lekker makkelijk, gelukkig leef je niet in het stenen tijdperk. Toen maakten tekenaars hun kunst op de wand binnen in een grot. Ze gebruikten rode of gele klei en houtskool (verkoold hout) of verkoolde botten.

De Egyptenaren maakten papier van de papyrusplant  en in de Middeleeuwen schreven ze op perkament. Wil je zien hoe dat gemaakt wordt, klik dan hier.

W

•Er zijn speciale apps om te tekenen op de iPad. Misschien heb je daar zelf ervaring mee.

Als je iets heel moois gemaakt hebt, laat je dat dan wel even aan je docent zien?

•Echt schetsen doe je met een zacht potlood en als het heel dun moet, gebruik je HB of H. Zachte potloden (B) blijven minder lang scherp en tekenen dikker.

•Bij het schetsen gebruik je trouwens geen liniaal of gum!

 

Schetsen is luchtig tekenen. Lichte, vlot neergezette potloodlijnen geven aan hoe je idee er ongeveer uit komt te zien. Een foutje laat je gewoon staan of je begint opnieuw.

Niet gummen, dat is zonde van je tijd! Een idee in je hoofd krijg je zelden in een keer goed op het papier. Daarom maak je altijd meerdere schetsen.

Klik op de kleine plaatjes voor vergroting

altamirareeks

Nu kun je laten zien dat jij bepaalt hoe dik een potlood tekent en dat niet het potlood de baas is...

 

Daarvoor dient de Grijstrap. In een grijstrap kleur je alle hokjes van het vel tekenpapier dat je krijgt van je docent. Je kleurt van licht naar donker en elk hokje wordt mooi egaal.

• Omdat je werkt in zwart-wit, noemen we dit geen kleuren maar 'tonen'.

• Je maakt de tonen van de grijstrap met de volgende potloden:

• De eerste rij met H, 2H, 3H of 4H. Je begint in het bovenste hokje met heeeeeeeeeeel licht grijs en vervolgens maak je elk vakje eronder steeds een beetje donkerder. Zorg ervoor dat het hele hokje dezelfde kleur, of beter gezegd, dezelfde toon heeft. Dus niet vlekkerig.

• In de middelste rij doe je hetzelfde, maar nu gebruik je een HB potlood.

• In de laatste rij maak je ook weer een grijstrap, maar nu doe je dat met B, 2B, 3B of 4B.

• Het onderste hokje wordt heel erg zwart, zo zwart als je maar kan.

 

•Je docent geeft je vast nog wat tips waardoor het heel mooi kan worden.

Enneeh...

Vergeet niet je voor- en je achternaam in te vullen:

•Hieronder zie je vier schetsjes van spullen uit een etui die steeds anders zijn neergezet.

•Jij gaat nu hetzelfde doen met enkele spullen uit je etui. Eerst verdeel je een vel teken-papier in vieren. Nu zet je de spullen op een manier neer die jij heel kunstig vindt en je schetst ze na in het eerste hok. Daarna maak je een andere compositie (weet je wat dit woord betekent?) en die komt in het tweede hok. De volgende komt in het derde hok en in het vierde kader komt de laatste compositie. Je kunt goed zien dat je alle spulletjes van bovenaf bekijkt, alleen bij de laatste kijk je er bijna recht van voren tegenaan.

      ns papier wordt gemaakt van houtvezels, van lompen of van oud papier. Als papier een beetje ruw is, kun je er goed op tekenen. Op glad kopieerpapier is het erg lastig. Potlood-sporen kun je uitgummen, maar soms krijg je ze moeilijk helemaal weg. Als je op een hard potlood flink drukt, krijg je de afdrukken in het papier er niet meer uit. Sporen van een zacht potlood kun je wel uitgummen met een zacht gum. Hiermee beschadig je het papier niet.

O

Huiswerk: zoek voor de volgende les een viertal afbeeldingen van iets waarvan jij zegt:

“Dat vind ik nou tekenkunst.” Let erop dat de afbeeldingen gemaakt zijn met een van de volgende materialen:

Krijt, kleurpotlood, viltstift, potlood, balpen, houtskool, Wasco,  Oost-Indische inkt of   pastelkrijt.

Dus geen verf of druktechnieken! Breng deze plaatjes mee naar de volgende les.